dichten op locatie

 audiovisuele poëzie


Ben Verschuren
dichter / schrijver
 
 gedichten

 BRIEVEN


home 
reageren 
Letters from heaven
Berichten uit de bovenwereld
 
Beste vriend,

Ik wil niets meer met je te maken hebben. Met jou kon ik gesprekken voeren als geen ander maar je liet me niet los. Alsof je me stalkte.

De huifkar in Ierland, het ging traag, stapvoets, tijd te over. De gedachten wisselden zich uit, maakten zich tastbaar, intimideerden want werden intiem, traag als het paard met open wonden aan zijn schoften, van het tuig, het trekleer, in de remise vluchtig bestrooid met een bus talkpoeder om daarna weer nieuwe toeristen rond te trekken zoals wij, want toeristen waren we ook al vonden we van niet.

Je was mijn eerste dubbelliefde, de eerste in een lange reeks. Je zei wat ik nog nooit iemand had horen zeggen, dat maakt indruk op die leeftijd. Je kleedde me uit met je stem, je rechtstreekse vragen en je onverwachte antwoorden.

Het begon met de folksongs die we zongen, de melancholie die anderen aanstellerij vonden en misschien is het dat ook wel maar nooit in de verbeelding, de vrije melodieën die me deden denken aan het oude Gregoriaans waarmee we allebei waren opgegroeid, het ongebonden stemgebruik los van klassiek of modern repertoire maar met een eigen dynamiek, en niet in het laatst de heroïsche maar altijd dramatische liefdesverhalen die een weg in ons vonden, terwijl de anderen het paard in toom trachtten te houden dat alleen de weg naar huis kende. 


Was het daar maar bij gebleven. Maar ik wilde dichter bij jouw gedachten, dichter bij jouw verbeelding, je sleepte me mee tot je met me aan de haal ging, later toen het te laat was, ik heb je onderschat, ik kende jouw verhaal nog niet en was druk bezig het mijne te lezen.

Er kwam een tijd dat we dagelijks om elkaar heen liepen, afwachtend, telefonerend, hopend, de poriën wijd open, jij schrijvend, schreeuwend, ik smachtend, op de loer, een leeuwin die een gazelle bespiedt. Ik heb je gekregen waar ik wilde, ik werd genomen door een dichter, hoeveel vrouwen kunnen me dat nazeggen? Het was in de tijd dat wij tot de nieuwe jeugd behoorden, wij konden de wereld misschien niet veranderen maar wel verbeteren, we bliezen de muziek nieuw leven in, we bliezen alles nieuw leven in.

We reisden naar onze optredens, in een busje. Het was een eigentijdse idylle die ieder die jong is hoort te ondergaan, hoe kun je anders een toekomst dromen? We vrijden op de achterbank, we geilden op het toneel, we hitsten het niets vermoedende publiek op, het applaus was onze coïtus.

Jij was de eerste die zei dat je meer wilde, ik zou niet weten hoe, nog niet over nagedacht, de eerste scheurtjes. Voor mij hoorde de illusie binnen het muzikale kader. Jij trad daarbuiten en zondigde daarmee tegen ongezegde regels. Ik weigerde, maar het kwaad was geschied. Ook hierin heb ik je onderschat. Jij had je al vastgeklonken, ik kwam niet meer van je los.


Ik geef toe, ik heb nooit geprobeerd je los te maken, misschien ben ik daardoor zelf de schuld van je vasthoudendheid, ik heb het nooit met zoveel woorden gezegd, dat was niet mijn stijl en jouw verbeelding liet je hier danig in de steek. Het enige wat ik kon was de andere kant op kijken, er kwamen anderen op mijn pad, je begreep het niet of wilde het niet begrijpen, ik kreeg er last van en hoopte op een eeuwig zwijgen maar zo zit jij niet in elkaar, je duwt, je trekt, je wringt, krabt oude wonden open, boort gaten in het harnas, het pantser, je schiet met scherp zelfs als de dood al is ingetreden zoals je nu doet.

Ik heb het niet gehaald, het heeft me opgevreten, ik had jou luid en duidelijk de waarheid of liever de realiteit moeten zeggen, misschien hield ik nog van je zoals je steeds beweerde, misschien ook niet, feit is dat ik je heb verstoten, misschien heeft iemand het je gezegd, ik niet, het lijf kon het niet meer aan, te afgemat.

Ik heb niet alles gezegd, ik wil ook je antwoord niet, ik laat het bij deze ene brief, het is genoeg, ik wil je niet meer zien.

ooit je geliefde
 
    info@benverschuren.nl